Hoe zijn onze familienamen verspreid? Verhuizen Vlamingen en Nederlanders vaak?


Familienamen zijn streekgebonden: de meeste familienamen komen geconcentreerd voor in een kerngebied in een bepaalde regio, waar de bakermat van de naam ligt, en worden door enkele honderden mensen gedragen, bv. de familienaam Marynissen in Vlaanderen (provincie Antwerpen), de familienaam Konijn in Nederland (provincie Noord-Holland). Een kleiner aantal zeer courante namen als Van den Berg, Peeters, Janssen, De Jong, die op verschillende plaatsen tegelijk zijn ontstaan, hebben een ruimere verspreiding: ze komen in grote delen van het taalgebied voor.

Uit de verspreiding van zijn familienaam in een aaneengesloten gebied in een bepaalde streek is af te leiden dat de gemiddelde Vlaming bij voorkeur in zijn geboortestreek blijft wonen. Toch zijn van elke naam met een redelijke frequentie wel naamdragers te vinden die zich buiten hun oorsprongsgebied hebben gevestigd. Zo oefenen de grote steden onmiskenbaar een zekere aantrekkingskracht uit. Maar de uitgewekenen worden in hun nieuwe woonplaats doorgaans niet meteen zeer talrijk, zodat de meeste naamkaarten een homogeen verspreidingsbeeld behouden. De toenemende mobiliteit in België kan in de toekomst voor een diffusere verspreiding van de familienamen zorgen.

Nederlanders blijken wat vaker verhuisd te zijn dan Vlamingen: op kaarten met de verspreiding van een naam in Nederland tekent er zich doorgaans eveneens een kerngebied af met een opvallende concentratie van de naam, maar er is meer migratie zichtbaar, in de eerste plaats naar de Randstad Holland, in mindere mate ook naar andere streken in Nederland. In de driehoek Rotterdam-Den Haag-Amsterdam komen bv. in grote aantallen Friese namen op -stra voor (Zijlstra, Terpstra, Boonstra), Groningse namen op -sema (Hoeksema, Wiersema), Drentse namen op -ing (Oosting, Hoving), Overijsselse namen met het voorzetsel te (Ter Haar, Ten Hove) en Zeeuwse patroniemen op -se (Janse, Pieterse, Cornelisse). Relatief weinig Hollanders daarentegen zijn van de Randstad verhuisd naar de zuidelijke en de noordelijke provincies. Dat blijkt uit de verspreiding van autochtoon Zuid-Hollandse namen als Den Uyl, Den Besten, Baars, Tromp enz., die tot op heden voornamelijk in Zuid-Holland verspreid zijn.