This is an old revision of the document!
Table of Contents
Sjwa-apocope in de beroepsnaam 'jager'
Vraagstelling
Wegval van de onbeklemtoonde slotklinker -e in familienamen gevormd met de soortnaam jager, die oorspronkelijk uitging op -e: Oud- en Middelnederlands jagere.
Gegevens
Type De Jager:
Tokens: de Jager (7683)
Jager (7502)
De Jaeger (1524)
De Jaegher (646)
Dejaegher (441)
Dejaeger (294)
de Jaeger (212)
Jaeger (180)
Dejager (150)
De Jagher (19)
de Jagher (15)
de Jaegher (9)
De Jager (9)
DeJaegher (5)
Dejagher (5)
Type De Jagere:
Tokens: Dejaeghere (449)
Dejaegere (254)
De Jaeghere (198)
De Jaegere (190)
Dejagere (85)
Dejaghere (8)
DeJaeghere (6)
De Jagere (5)
Kaart
Commentaar
Het substantief jager, voor een persoon die op wild jaagde, had in het Oud- en Middelnederlands een slotklinker -e: jagere. Deze slotsjwa is vanaf het laatste kwart van de 13de eeuw geapocopeerd, het eerst in het Utrechts, het Hollands en het Limburgs (Marynissen 1996: 182-194). In de moderne dialecten tekenen zich twee niet-apocoperingsgebieden af: de slotsjwa is behouden in een zuidwestelijk gebied dat West-Vlaanderen, Zeeland en het westelijke Oost-Vlaams omvat en in een noordoostelijk gebied dat Drenthe, Overijssel, Oost-Gelderland en het zuidoosten van Groningen omvat (zie Marynissen 2009b: 240-241).
Andere variatie
Ann Marynissen